Oud-burgemeester Jozias van Aartsen neemt na zes jaar afscheid als voorzitter van de Raad van Toezicht van Het Nationale Theater (HNT) in Den Haag. Renée Jones-Bos, voormalig topdiplomaat en topambtenaar volgt hem op. HNT ontstond op 1 januari 2017 uit een fusie van het Nationale Toneel, de Koninklijke Schouwburg en Theater aan het Spui. 

"Als voorzitter van de Raad van Toezicht heeft Van Aartsen Het Nationale Theater enkele jaren na de fusie goed kunnen begeleiden naar de volgende fase", meldt HNT in een persbericht. "Mede dankzij zijn rijke ervaring als minister, burgemeester en waarnemend commissaris van de Koning wist Van Aartsen de leden van de Raad van Toezicht en de directie scherp te houden. Dit deed hij door hen kritisch te bevragen, maar ook te inspireren en te steunen."

"Ik ben er trots op zes jaar lang bijgedragen te hebben aan de stevigheid en kracht van Het Nationale Theater, dat in de afgelopen jaren verder is uitgegroeid tot een toonaangevend instituut met grote maatschappelijke relevantie voor heel Nederland", zegt Van Aartsen. "In Den Haag draagt Het Nationale Theater, met haar drie theaters en verschillende doelgroepen, in belangrijke mate bij aan het culturele leven voor zo veel mogelijk mensen. Voorstellingen gaan altijd over actuele thema’s, waarmee Het Nationale Theater keer op keer laat zien dat verbeelding een onmisbaar onderdeel is van een gezonde samenleving."

Rolmodel

Renée Jones-Bos, die Van Aartsen opvolgt, heeft een lange carrière in de diplomatie en het openbaar bestuur. Een rode draad is dat ze de eerste vrouw was in de vele functies die ze bekleedde. Zo was zij de eerste vrouwelijke mensenrechtenambassadeur; de eerste vrouwelijke ambassadeur van Nederland in de Verenigde Staten en Rusland en de eerste vrouwelijke secretaris-generaal op het ministerie van Buitenlandse Zaken. Voor veel vrouwen, al dan niet in topposities, was en is zij dan ook een rolmodel.